Arbo-veranderingen in 2025

Jaarlijks veranderen de nodige wettelijke regels op het gebied van de arbeidsomstandigheden. Veel van de veranderingen zijn nog niet geformaliseerd, maar komen er aan. Maar twee algemene wijzigingen zijn inmiddels vastgesteld.

Vervroegde uittreding voor zware beroepen

In oktober 2024 was er dan eindelijk een akkoord over een structurele vroegpensioenregeling voor mensen met zwaar werk (zie eerder artikel hierover). De huidige RVU-regeling stopt niet aan het einde van 2025 en blijft beschikbaar en wordt verruimd. De strekking: iedereen met een beroep dat als zwaar wordt aangemerkt, kan 3 jaar eerder dan de AOW-leeftijd stoppen met werken. Tot de AOW-leeftijd ontvangen zij een maandbedrag van hun werkgever. In de huidige regeling is dat bedrag maximaal gelijk aan de AOW-uitkering (ongeveer € 1.500 netto). In de nieuwe regeling komt daar maximaal € 300 bij, maar alleen bedoeld voor medewerkers – zoals dat omschreven wordt – ‘in knellende situaties’. Werkgevers(koepels) en vakbonden moeten in overleg over de vraag welke beroepen als ‘zwaar’ worden aangemerkt. Ook moet er overlegd worden tot welke inkomensgrens de regeling van toepassing is en wordt afgesproken hoe het zware werk verlicht kan worden, zodat zo min mogelijk werknemers zwaar werk moeten doen.

Certificering van kerndeskundigen

De strengere eisen aan de kerndeskundigen voor het toetsen van een risico-inventarisatie en -evaluatie is er een te kort aan deze specialisten ontstaan. Sinds 2022 moeten deze deskundigen gecertificeerd zijn (zie Staatscourant). Voor de hogere veiligheidskundige, de arbeidshygiënist, de arbeids- en organisatiedeskundige en de bedrijfsarts blijven de lopende certificaten geldig tot 1-7-2027 in plaats van 1-1-2025. Arbokerndeskundigen die een certificaat hebben van voor 1 juli 2022 en dat afloop per 1-1-2025 kunnen dit certificaat blijven gebruiken. Door het verlengen van de termijn lopen de capaciteitsproblemen niet verder op. De certificering moet voldoen aan de eisen van NEN-EN-ISO/IEC 17024:2012.

Wijzigingen uit 2024

In het afgelopen jaar zijn twee wijzigingen ingevoerd die van belang zijn voor de medewerkers die met deze situaties te maken krijgen.

Strengere regels voor reprotoxische stoffen

De strengere regels die al langere tijd golden voor kankerverwekkende stoffen en voor stoffen die het erfelijk materiaal kunnen beschadigen, zijn vanaf mei 23024 ook van toepassing op reprotoxische stoffen. Dat zijn de stoffen die invloed kunnen hebben op de voortplanting van de medewerker, denk aan verminderde vruchtbaarheid, miskramen, vroeggeboorten en beschadiging van het (ongeboren) kind. Er mag er nu alleen nog met deze stoffen worden gewerkt als de werkgever heeft aangetoond en vastgelegd dat vervanging technisch niet uitvoerbaar is. En als er dan mee gewerkt moet worden, dan moet de blootstelling aan deze stoffen zo laag zijn als technisch mogelijk is. Er moet ook registratie plaatsvinden.

Gevaarlijke stoffen

Van veel stoffen (asbest bijvoorbeeld) ontstaan pas na veel jaren na de blootstelling eraan de gezondheidsproblemen. Er moet dan ook een lijst van alle werknemers die worden blootgesteld aan deze stoffen (bewaartermijn is 40 jaar) worden bijgehouden.  Daarnaast moeten er preventieve maatregelen worden genomen om blootstelling aan de stoffen te voorkomen en moeten persoonlijke beschermingsmiddelen worden gebruikt.

Voorbereiding op een pandemie

Er wordt een wijziging van het Arbobesluit voorbereid om voorbereid te zijn op een pandemie. Werkgevers moeten zich daarop voorbereiden. De coronapandemie heeft destijds tot allerlei noodmaatregelen en noodwetgeving geleid, dat wil de regering voorkomen.

Bouwbesluit wordt Besluit bouwwerken leefomgeving (Bbl)

Het Bouwbesluit is in 2024 vervangen door het Besluit bouwwerken leefomgeving (Bbl). Dit heeft ook gevolgen voor de regels op het gebied van arbeidsomstandigheden. In het Bouwbesluit stonden allerlei concrete normen. Dat gold met name voor namelijk voor gebouwen met een utiliteitsfunctie, zoals bedrijfspanden In het Bbl is bijvoorbeeld de norm voor het minimumaantal toiletten vervallen, daarvoor is nu alleen nog het Arbobesluit van toepassing, dat ‘voldoende toiletten’ verplicht stelt, maar geen aantallen meer noemt. Ook de brandveiligheidsvoorschriften voor nieuwbouw zijn verscherpt.

Wijzigingsvoorstellen in voorbereiding

Er wordt zo hier en daar getreuzeld met de invoering van al bestaande voorstellen op het gebied van arbo. Er is uitstel tot 2026 of er is onduidelijkheid over de status van het voorstel.

Nieuwe asbestregels

Er komt nieuwe regels rond de asbestverwijdering, zodat het risicogerichter wordt. De bij minder risicovolle asbesttoepassingen kan voortaan door een deskundig, maar niet-gecertificeerd bedrijf de verwijdering ervan worden uitgevoerd. Het gaat om z.g. A-toepassingen, zoals asbestcementtoepassingen in een binnenruimte die losliggen of alleen geklemd zijn. In die gevallen zijn er geen vergaande maatregelen nodig, zoals verwijderaars in ‘maanpakken’.
Bij B-toepassingen van asbest is de verwijdering ervan risicovol. Het gaat dan bijvoorbeeld om lichtgewonden en niet-gebonden asbesttoepassingen, zoals asbestboard, asbestkarton en spuitasbest. De verwijdering van dit soort asbest kan uitsluitend worden uitgevoerd door een gecertificeerd verwijderingsbedrijf.
De basis voor de nieuwe asbestregels is terug te vinden in de Europese asbestrichtlijn die per 21-12-2025 in Nederland ingevoerd moet zijn. Het is de vraag of die deadline wordt gehaald.

Dubbele meldplicht bij ernstig bedrijfsongeval door werkgever én uitzendbureau

Al in 2023 is het voorstel gedaan om een dubbele meldplicht in te voeren bij ernstige arbeidsongevallen van uitzendkrachten (zie eerder artikel hierover). In die gevallen moet zowel de werkgever als het uitzendbureau melding doen bij de Nederlandse Arbeidsinspectie. Dat is het geval als:

  • het slachtoffer ervan opgenomen wordt in het ziekenhuis;
  • als er sprake is van blijvend letsel;
  • als het slachtoffer als gevolg van het ongeval is overleden.

De verwachting is dat het voorstel begin 2025 naar de Raad van State wordt gestuurd en daarna naar de Tweede en Eerste Kamer. De verwachte inwerkingtreding is 1 juli 2026.

Verplichte vertrouwenspersoon 

In 2023 is in de Tweede Kamer een wetsvoorstel ingediend én aangenomen om een vertrouwenspersoon in te stellen voor elke onderneming met ten minste 10 werknemers. Dat kan een interne medewerker zijn, maar ook een externe vertrouwenspersoon. De Eerste Kamer moet nog een besluit nemen over het wetsvoorstel. Invoeringsdatum is dan ook nog niet bekend.   

Versterking medezeggenschap op arbogebied

Oud-minister Karien van Gennip van SZW heeft eind december 2023 in een brief aan de Tweede Kamer aangegeven dat de medezeggenschap versterkt moet worden, ook op het gebied van arbobeleid. Dat begint bij het verbeteren van de nalevingsgraad van de WOR, want in 31 procent van de bedrijven ontbreekt een ondernemingsraad, terwijl die er wel zou moeten zijn.  Ze verwijst in haar brief naar een SER-advies dat bepleit o.a. dat alle ondernemingsraden een arbo- of VGWM-commissie moeten instellen. Het is onduidelijk of, en wanneer, dit voorstel een vervolg krijgt.


  • Zelf de brief (m.n. bladzijde 6) van minister van Gennip lezen over medezeggenschap en arbeidsomstandigheden? Klik hier
  • Juridische ondersteuning nodig bij arbobeleid? Neem contact op
  • Als OR aan de slag met arbobeleid en VGWM-commissie? Neem contact op