Besluit over ambtelijke organisatie gemeente valt onder het primaat van de politiek
Ondernemingsraden in politieke organisaties als gemeente, provincie of overheid hebben te maken met een aantal specifieke regels die het adviesrecht van de OR beperken. Onderwerpen die door de politiek genomen worden zijn uitgezonderd van het adviesrecht, behalve het recht om over deze kwesties advies uit te brengen over de personele gevolgen van de door de politiek genomen besluiten. In dit geval besluiten twee gemeenten om de samenwerking te ontvlechten.
Wat eraan vooraf ging
In 2014 zijn twee gemeenten op een aantal beleidsterreinen gaan samenwerken. In 2023 is besloten om met de samenwerking per 1-1-2025 te stoppen. Gevolg van dit besluit is dat de ambtelijke organisatie weer ondergebracht moet worden in beide eigen organisaties. Aan de OR van één van de gemeenten wordt advies gevraagd over de uitwerking van deze koerswijziging. De OR adviseert de functie van seniormedewerker toe te voegen aan het nieuwe team groen, reiniging en wegen. De gemeente besluit hierover dat de functie niet past binnen de gestelde kaders van de ambtelijke organisatie. De OR stapt naar de Ondernemingskamer in Amsterdam, omdat de gemeente niet in alle redelijkheid tot dit besluit is gekomen. De gemeente vindt dat het besluit onder het primaat van de politiek valt en dat de OR daarom geen beroep kan instellen.
Oordeel Ondernemingskamer
De Ondernemingskamer (OK) stelt vast dat in dit geval het adviesrecht wordt beperkt door artikel 46d, 2e lid voor de publiekrechtelijke vaststelling van taken, het beleid en de uitvoering daarvan. Er is wel adviesrecht over de gevolgen van deze besluiten voor de werkzaamheden van de in de onderneming werkzame personen. De bestuurder hoeft in die gevallen niet te overleggen over de door de politiek te nemen besluiten, maar wel over de gevolgen ervan voor het personeel.
Op grond van de Gemeentewet is het college van B en W bevoegd om besluiten te nemen over de ambtelijke organisatie, dus óók over het invoegen van het personeel als gevolg van het stoppen van de samenwerking met de andere gemeente. Dat geldt ook voor de manier waarop het team groen, reiniging en wegen wordt samengesteld. De OK ziet het besluit van de gemeente als het inrichten van de ambtelijke organisatie en niet als het regelen van de personele gevolgen als gevolg van het stoppen van de samenwerking. De OR wordt daarom in het ongelijk gesteld.
Commentaar
De OR is in gelegenheid gesteld om – zonder beperkingen – te adviseren over het besluit om te stoppen met de samenwerking. Het uitgebrachte advies door de OR over de seniormedewerker maakt niet dat daarmee beroepsrecht ontstaat op grond van artikel 26 van de WOR. In dit geval valt – aldus de OK – het besluit onder het politiek primaat, omdat het gezien wordt als een onderwerp dat aan de politiek voorbehouden is.
- Zelf de uitspraak van de Ondernemingskamer lezen? Klik hier
- Juridische ondersteuning nodig bij adviesaanvragen of instemmingsverzoeken? Stuur een e-mail
- Als OR aan de slag met adviesaanvragen of instemmingsverzoeken? Stuur een e-mail