Concurrentiebeding in 2025
Vorig jaar is nog door het vorige kabinet een wetsvoorstel voor aanpassingen in het concurrentiebeding ingediend. De verdere behandeling staat voor het laatste kwartaal van dit jaar gepland, dus voor 2025 (en waarschijnlijk ook voor (het eerste deel) van 2026) blijven de huidige afspraken voor het concurrentiebeding van kracht. Wat staat er in het wetsvoorstel? En welke rol heeft de ondernemingsraad op dit gebied?
Waarom een wijziging?
Een concurrentiebeding beperkt een werknemer in zijn keuzevrijheid om na het einde van zijn arbeidsovereenkomst soortgelijk werk te verrichten, bij een ander bedrijf of als zelfstandige. Door het beding kan een organisatie de bedrijfsbelangen beschermen, zoals opgebouwde knowhow, klantenlijsten en kennis over tarieven.
Maar lang niet alle werknemers met een concurrentiebeding hebben toegang tot dit soort bedrijfsgegevens. Werkgevers zouden het beding standaard opnemen om medewerkers langer aan zich te binden.
In veel gevallen is er ook sprake van een relatiebeding, waardoor ex-werknemers niet bij of voor klanten van zijn vorige werkgever mogen werken. Ook komt het anti-rondselbeding voor, waardoor het werknemers verboden is om oud-collega’s over te halen om bij de nieuwe werkgever te komen werken.
De voorstellen
- De geldigheidsduur van een beding wordt beperkt tot maximaal 1 jaar.
- Ook moet expliciet worden vastgelegd voor welk geografisch gebied het beding van toepassing is;
- Een zwaarwegend dienst- of bedrijfsbelang moet in tijdelijke arbeidsovereenkomsten, maar ook in arbeidsovereenkomsten voor onbepaalde tijd, worden gemotiveerd;
- De werkgever moet een werknemer ten minste een maand voor het einde van de arbeidsovereenkomst schriftelijk informeren of hij een beroep doet op het concurrentiebeding;
- Bij een beroep op het concurrentiebeding moet de werkgever aan de werknemer een vergoeding betalen. Deze bedraagt de helft van het laatstverdiende maandsalaris voor elke maand dat het concurrentiebeding van kracht is.
De verschillen
Huidige regeling | Wetsvoorstel | |
Vergoeding betalen | Geen vergoeding | 50% van het laatst verdiende brutosalaris van de werknemer voor elke maand dat de werkgever het beding inroept. |
Geografische reikwijdte | Geen beperkingen | Expliciete omschrijving nodig van de geografische reikwijdte in het concurrentiebeding. |
Inroepen van het concurrentiebeding | Geen afspraken | Inroepen moet schriftelijk én tijdig; uiterlijk een maand voor het einde van de arbeidsovereenkomst. |
Maximale duur van het beding | Geen beperkingen | Maximaal 12 maanden |
Motivering van de werkgever | Motivering van een concurrentiebeding in de arbeidsovereenkomst alleen in dergelijke overeenkomsten voor onbepaalde tijd. | Motivering noodzakelijk voor alle overeenkomsten: tijdelijk én vast. |
De rol van de ondernemingsraad
De ondernemingsraad heeft instemmingsrecht op het instellen, intrekken en wijzigen van een aanstellingsregeling (WOR, artikel 27, 1e lid, onderdeel e). Als t.z.t. de wettelijke regels veranderen, dan is ook een instemmingsverzoek te verwachten om de eigen bedrijfsregeling voor werving, selectie en aanstelling van personeel aan te passen. En komt de aanstellingsregeling eerder op de agenda, bespreek dan met de bestuurder de noodzakelijkheid van een concurrentieregeling voor de verschillende functies in de onderneming. Is dat beding voor elke functie nodig, of wordt het misbruikt om personeel aan de onderneming te binden?
Check ook de cao, want soms bevat die ook bepalingen die het concurrentiebeding beperken.
- Zelf de conceptregeling lezen? Klik hier
- Zelf de memorie van toelichting op het wetsvoorstel lezen? Klik hier
- Juridische ondersteuning nodig bij aanstellingsregeling of concurrentiebeding? Neem contact op
- Als OR aan de slag met een aanstellingsregeling of het concurrentiebeding? Neem contact op