Het SER-advies over de Wet werken waar je wilt

Naar aanleiding van het adviesrapport ‘Hybride werken’ door de SER hebben Tweede Kamerleden Van Weyenberg (D66) en Maatoug (GroenLinks) een nota van wijziging ingediend voor het initiatiefwetsvoorstel Werken waar je wilt. Het is nog maar de vraag of de beoogde ingangsdatum van 1 augustus 2022 gehaald wordt want Tweede en Eerste Kamer moeten er nog over stemmen.

SER-rapport

De SER adviseert het kabinet om een betere balans te vinden tussen werkgevers- en werknemersbelangen bij het hybride werken. Werknemers zouden meer zeggenschap moeten krijgen over hun werkplek en werkgevers meer ruimte voor maatwerk om hybride werken vorm te geven op een manier die bij de organisatie past. Om dit te bereiken, zouden de Wet flexibel werken en het voorstel voor de Wet werken waar je wilt gewijzigd moeten worden.

Werkgever moet belangen afwegen

In de nota van wijziging onderschrijven van Weyenberg en Maatoug de adviezen van de SER. Het oorspronkelijke wetsvoorstel regelde dat een werkgever een verzoek van een werknemer voor een andere arbeidsplaats (binnen de Europese Unie) alleen mag weigeren bij een zwaarwegend bedrijfsbelang. Om een nog betere afweging te maken tussen zowel de werkgevers- als de werknemersbelangen, bepaalt de nota van wijziging dat een werkgever een verzoek van een werknemer voor een andere arbeidsplaats naar de maatstaf van redelijkheid en billijkheid moet beoordelen. Dat betekent dat de werknemer zijn verzoek goed moet onderbouwen en dat de werkgever vervolgens een inzichtelijke afweging moet maken tussen zijn eigen belangen en die van de werknemer.

Evalueren

Een tweede wijziging is de afspraak in de wet om die binnen een periode van 3 jaar te evalueren. Deze evaluatiebepaling volgt op het advies van het Adviescollege Toetsing Regeldruk en wijkt af van de ‘standaard’ evaluatietermijn van vijf jaar. Omdat hybride werken naast kansen ook onzekerheden met zich meebrengt – onder meer omdat de effecten van corona en meer thuiswerken nog niet volledig duidelijk zijn – besloten de initiatiefnemers de termijn te verkorten. Zo worden ook de milieueffecten van het thuiswerken meegenomen in de evaluatie en de loopbaaneffecten van de wet.

Ingangsdatum nog niet bekend

De beoogde ingangsdatum van het voorstel is nog niet bekend. Ook is nog onzeker of een meerderheid in de Tweede en Eerste Kamer zal instemmen met het wetsvoorstel. Op 5 juli 2022 stemt de Tweede Kamer over de nota van wijziging.


  • Zelf de nota van wijziging voor de Wet werken waar je wilt lezen? Klik hier