Benadeling OR-leden

Vier van de tien OR-leden van een containerbedrijf in de Rotterdamse haven krijgen geen eenmalige uitkering van € 1250 omdat ze volledig zijn vrijgesteld van werk en geen onregelmatige diensten hebben gewerkt. De OR-leden stappen naar de kantonrechter om het besluit van hun bestuurder aan te vechten.

Geschiedenis

In de volautomatische containerterminal op de Tweede Maasvlakte wordt 24 uur per dag tijdens vaste diensten en tijden gewerkt. De ondernemingsraad (10 leden) heeft een dagelijks bestuur (DB) van drie leden die volledig zijn vrijgesteld van de gebruikelijke werkzaamheden. Ze krijgen daarvoor het volledige salaris, inclusief de eventuele ploegentoeslag. Omdat de onderneming gaat uitbreiden wordt door de OR een voorbereidingscommissie ingesteld van vier leden. Ook die leden worden volledig vrijgesteld van hun gewone werk. Bonden en werkgever komen een ondernemings-cao overeen, met daarin een eenmalige uitkering van 1250 euro als compensatie voor een gewijzigde pauzeregeling in de nachtdienst. Vijf van de OR-leden hebben deze uitkering niet ontvangen. Één van deze OR-leden is niet volledig werkzaam in volcontinudiensten en zou – als hij niet volledig was vrijgesteld – geen aanspraak op kunnen maken. Vier vrijgestelde OR-leden zouden wél aanspraak kunnen maken als ze niet volledig zijn vrijgesteld van hun gebruikelijke werkzaamheden. De OR-leden vinden dat ze benadeelt worden door het OR-lidmaatschap. De bestuurder vind van niet en keert geen eenmalige uitkering uit.

Oordeel kantonrechter

De kantonrechter moet eerst een oordeel geven of het al dan niet ontvankelijk zijn van de OR in deze procedure. De tekst van de bedrijfscao is nog niet definitief vastgesteld en ook nog niet bij het ministerie van SZW aangemeld. De rechter oordeelt dat de OR ontvankelijk is in het beroep, omdat de ondernemer al uitvoering heeft gegeven aan het akkoord, ook al is het nog niet helemaal formeel geregeld.
De kantonrechter ziet de verschillen van mening tussen OR en bestuurder niet als een probleem over de naleving van een nieuwe cao-afspraak, maar als een probleem van OR-leden die benadeeld worden.
Het is de onderneming die aan enkele OR-leden heeft gevraagd om te stoppen met hun werk – en daarmee vrijgesteld van avond- en nachtdiensten – om OR-taken uit te voeren. De ondernemer heeft de OR-leden benadeelt door ze te onthouden van de eenmalige uitkering en twee extra verlofdagen in 2024. De kantonrechter ziet dan ook een verband tussen het lidmaatschap van de OR en de benadeling die de ondernemer heeft toegepast. De ondernemer wordt verplicht om de benadeling van de vrijgestelde OR-leden ongedaan te maken. Hij krijgt het advies mee om met de bonden te overleggen en de benadeling formeel weg te nemen.

Commentaar

Artikel 21 van de WOR bepaalt dat de ondernemer er zorg voor draagt dat (onder andere) OR-leden niet uit hoofde van hun lidmaatschap van de OR worden benadeeld in hun positie in de onderneming. Er moet een oorzakelijk verband bestaan tussen de benadeling en het lidmaatschap van de OR. In dit geval is dat oorzakelijk verband aangetoond. Er zijn werknemers die niet in nachtdiensten werken en wél de eenmalige uitkering hebben ontvangen.


  • Zelf de uitspraak van de kantonrechter lezen? Klik hier
  • Juridische ondersteuning nodig bij benadeling van OR-leden? Neem contact op
  • Als OR aan de slag met de faciliteitenregeling? Neem contact op