Klachtafhandeling seksuele intimidatie

De drempel om over seksuele intimidatie te klagen ligt hoog. Maar als er dan geklaagd wordt, dan is het van belang om de klacht en de klager zo goed mogelijk te behandelen. De vertrouwenspersoon en de klachtencommissie spelen daarbij een belangrijke rol, en de ondernemingsraad heeft mogelijkheden om klachtenregeling te verbeteren.

De vertrouwenspersoon

De vertrouwenspersoon is de eerste persoon in de onderneming die een klacht over seksuele intimidatie te horen krijgt. Voor de klager is het van groot belang dat de klacht serieus wordt genomen en de klager zich – letterlijk en figuurlijk – gehoord voelt. Dat vraagt speciale vaardigheden van de vertrouwenspersoon en een positie in de organisatie die het veilig indienen van een klacht mogelijk maakt. Vooral in organisaties waarbij de vertrouwenspersoon in dienst is bij de werkgever is die positie niet altijd even veilig. Ook de sekse van de vertrouwenspersoon kan een rol spelen: vrouwen met een seksuele intimidatie-ervaring zullen minder snel met een klacht naar een man stappen. Het zou in zo’n geval verstandig zijn om zowel een man als een vrouw als vertrouwenspersoon te hebben.
De vertrouwenspersoon is het aanspreekpunt voor opvang, advies, ondersteuning en begeleiding voor medewerkers die ongewenste omgangsvormen ervaren. Door signalen op te vangen en werknemers en management voor te lichten, heeft de vertrouwenspersoon ook een preventieve werking. Maar de vertrouwenspersoon is ook degene  die de klager blijft bijstaan tijdens de afhandeling van de klacht door de klachtencommissie. Leidinggevenden en HR-functionarissen zijn daarom minder geschikt als vertrouwenspersoon. Ze zullen vanuit hun functie maatregelen moeten treffen en dat verdraagt zich niet goed met de onvoorwaardelijke steun waarop de klager moet kunnen rekenen.

Het is te overwegen om met een bedrijf of organisatie in de omgeving een ruil van vertrouwenspersonen te maken. Op die manier beschikt elk over een onafhankelijke vertrouwenspersoon en heeft die de handen vrij om een klager bij te staan en te ondersteunen. Een goede toerusting voor deze taak is van groot belang voor het functioneren van de vertrouwenspersoon. Een cursusdagje daarover is volstrekt onvoldoende om opgeleid te worden voor deze belangrijke taak.

Klachtencommissie

Een vertrouwenspersoon doet niet aan waarheidsvinding, mar is er voor ondersteuning van de klager. De klachtencommissie in aan zet om de klacht te onderzoeken, hoor en wederhoor toe te passen en de bestuurder te adviseren over wat er is gebeurd en welke conclusie de commissie trekt. De klachtenregeling moet niet alleen de onafhankelijke samenstelling van de klachtencommissie beschrijven, maar ook de te volgen werkwijze in het behandelen van de klachten en het uitbrengen van het advies aan de directie.
Uit onderzoek door het College voor de Rechten van de Mens blijkt dat werkgevers in de praktijk moeite hebben met het effectief afhandelen van klachten. Het is misschien wel handig om de regeling samen met de bestuurder te evalueren en zo nodig te actualiseren.

Rol OR

De ondernemingsraad heeft instemmingsrecht op een regeling voor de behandeling van klachten. De huidige ontwikkelingen in tal van branches m.b.t. seksueel overschrijdend gedrag maakt het nodig om – in combinatie met persoon en positie van de vertrouwenspersoon – een goed werkende klachtenregeling te hebben. Het is een goed gebruik dat zowel klachtencommissie als vertrouwenspersoon jaarlijks een geanonimiseerd verslag van hun activiteiten maken en dat ook naar de OR sturen. Op die manier is er zicht op het aantal klachten en de aard van die klachten. Het heeft te allen tijde de voorkeur om klachten te voorkomen, dus de preventie van seksuele intimidatie verdient veel aandacht.