Wetsvoorstel voor verplicht gesprek over bereikbaarheid
Als het aan Tweede Kamerlid Van Dijk (PvdA) ligt komt eer een verplichting voor werkgevers om met hun werknemers een gesprek aan te gaan over hun bereikbaarheid buiten werktijd. Hij heeft daarom een wetsvoorstel ingediend om die verplichting in de Arbowet op te nemen.
Niet altijd ‘aan staan’
Het buiten werktijd bereikbaar zijn – verplicht of vrijwillig – heeft een negatief effect op de psychosociale arbeidsbelasting (PSA) van medewerkers. Het verplichte gesprek moet een bijdrage leveren aan het verminderen van de werkdruk. Daar waar de bereikbaarheid van personeel risico’s op een hogere werkdruk tot gevolg heeft zou dat in de risico-inventarisatie en -evaluatie (RI&E) opgenomen moeten worden. Daarmee wordt het ook noodzakelijk dat het plan van aanpak dat uit de RI&E voortkomt een antwoord geeft op het verlagen van het risico.
Van Dijk heeft zijn wetsvoorstel uit 2019 ‘Op het recht op onbereikbaarheid’ aangepast en naar de Tweede Kamer gestuurd.
Bereikbaarheid als onderdeel van de RI&E
Uit de memorie van toelichting op het voorstel blijkt dat een organisatie tegenover Inspectie SZW moet kunnen aantonen dat het gesprek over de bereikbaarheid buiten werktijd is gevoerd. Bijvoorbeeld met een gespreksverslag daarover met de OR of VGWM-commissie. Het voorstel geeft niet aan met wie het gesprek gevoerd moet worden, dus dat kunnen ook de bonden zijn. Het zou ook mogelijk zijn om het recht op onbereikbaarheid in de cao op te nemen. Vooral in de zorg komt het geregeld voor dat werknemers thuis worden gebeld met de vraag of ze kunnen komen werken omdat een collega ziek is geworden. Het betekent dat doorlopend er inbreuk gemaakt kan worden op de vrije tijd van een medewerker, en dat werkt stress-verhogend.
Het is logisch dat de OR sowieso gesprekspartner wordt van de ondernemer om dit verplichte gesprek te voeren. Vanwege het instemmingsrecht van de ondernemingsraad op de RI&E is het zinvol om de raad bij dit gesprek te betrekken.
In januari 2022 inwerking
De bedoeling is om het wetsvoorstel, na goedkeuring van de Tweede en Eerste Kamer, vanaf 1 januari 2022 in werking te laten treden. Werkgevers krijgen daarna een jaar de tijd om het gesprek aan te gaan. In sommige organisaties zal dit al geregeld zijn doordat er bijvoorbeeld op brancheniveau met de bonden afspraken zijn gemaakt.
- Zelf het wetsvoorstel lezen? Klik hier
- Zelf de Memorie van toelichting lezen? Klik hier
- Als OR aan de slag met de psychosociale arbeidsbelasting? Stuur een mail