Goed werkgeverschap tot aan het einde van de arbeidsovereenkomst

Artikel 7:611 van het Burgerlijk Wetboek is duidelijk: de werkgever dient zich als een goed werkgever te gedragen. En dat geldt ook in de situatie waarin het werkgeverschap gaat stoppen. De ondernemingsraad stapte naar de voorzieningenrechter om dat goed werkgeverschap – op grond van artikel 28 uit de WOR – af te dwingen.

Op 31 maart sluit een haventerminal van Uniport, maar er is al lang geen sprake van schepen die geladen en gelost moeten worden. Toch roosterde de werkgever 161 werknemers in drie ploegen in die volcontinue duimen aan het draaien waren. De werkgever probeerde op die manier alsnog goedkeuring te krijgen voor een sociaal plan. Een plan dat door het personeel als te mager werd beoordeeld. De OR stapte naar de rechter met artikel 28 als belangrijkste argument: we hebben als OR de taak om de naleving te bevorderen van regels voor arbeidsvoorwaarden en arbeidsomstandigheden. Ook dat ‘goed werkgeverschap’ werd als argument ingebracht.

Oordeel voorzieningenrechter

De rechter vindt dat het “in ploegendiensten moeten komen opdraven terwijl er geen werk is en komt, en de tijd moeten doden met darten en kaarten, stressvol en ziekmakend kan zijn”. En wel in die mate, dat hier het spoedeisende belang aanwezig is dat voor een kort geding vereist is. Volgens de rechter is er sprake van een onhoudbare situatie. Daarmee is de OR ontvankelijk in dit kortgeding.

De rechter oordeel ook dat het argument van de werkgever dat personeel moet komen opdraven om alsnog akkoord te gaan met het sociaal plan niet gegeven wordt. Het komt er op neer dat personeel moet komen opdraven terwijl er geen werk is en er ook geen werk meer gaat komen. En de rechter vindt dat in strijd met het goed werkgeverschap.

De werknemers houden recht op volledige doorbetaling van hun loon, maar daarvoor moeten ze zich wel beschikbaar houden voor werk. Dat er geen werk te doen is, komt voor rekening van de ondernemer.

Commentaar

Het is best bijzonder dat artikel 28 succesvol wordt benut om besluiten van de bestuurder aan te pakken. In dit geval lukt dat in de combinatie met het goed werkgeverschap uit het Burgerlijk Wetboek.


  • Zelf de uitspraak lezen? Klik hier
  • Als OR slag met de taken van de OR uit artikel 28? Stuur een mail