Een kring om de ondernemingsraad

De Wet op de ondernemingsraden (WOR) laat veel ruimte aan de ondernemingsraden om hun taak – het namens het personeel overleggen met de bestuurder – invulling te geven. Weliswaar is het de bedoeling dat de OR namens het personeel dat overleg voert, maar nergens in de wet is er een verplichting om dat personeel bij de belangrijke besluiten te betrekken. Toch is dat wel wenselijk, want draagvlak voor het uiteindelijk te nemen besluit zal dat effectiever maken dan wanneer dat draagvlak ontbreekt. Sommige ondernemingsraden organiseren een kring om de OR om daardoor de achterban bij de belangrijke besluiten te betrekken.

Uit die kring kunnen medewerkers gevraagd worden om deel te nemen aan een adviesgroep van de OR. Daarin zitten dan OR-leden aangevuld met niet OR-leden die doorgaans op de een of andere manier betrokkenheid hebben bij de adviesaanvraag. Dat kan zijn omdat ze over kennis en competenties beschikken die voor het beoordelen van de adviesaanvraag van belang zijn, of omdat dat ze behoren tot die medewerkers die gevolgen gaan ondervinden van het te nemen besluit. Zo’n adviesgroep krijgt van het Dagelijks Bestuur (DB) van de OR een opdracht mee met daarin een doel, suggesties voor de werkwijze, een overzicht van de beschikbare en nog ontbrekende informatie, een overzicht van interne en externe deskundigen (kosten vooraf melden aan de bestuurder) die te raadplegen zijn en een termijn waarin het pre-advies aan de OR moet worden aangeleverd.
Voorwaarde voor deze manier van werken is een bestuurder die bereid is om tijdsfaciliteiten ter beschikking te stellen voor de niet-OR-leden om aan de adviesgroep deel te nemen. Zijn winst zit in een groter draagvlak voor zijn voorgenomen besluit door een betere betrokkenheid en grotere deskundigheid van de medewerkers die daar straks mee aan het werk gaan. Op basis van het pre-advies brengt de OR advies uit aan de bestuurder.
En natuurlijk werkt zo’n werkwijze ook bij een instemmingsverzoek over het instellen, wijzigen of intrekken van een personele regeling uit artikel 27.

De OR als regisseur

Door het ‘uitbesteden’ van de inhoudelijke voorbereiding van het OR-advies aan een adviesgroep wordt de OR veel meer regisseur van het medezeggenschapsproces. De grondhouding van de raad is anders; niet meer voor het personeel, maar door het personeel. Het advies van de adviesgroep aan de OR zal dan ook de basis voor het te nemen besluit moeten zijn. Als deze werkwijze consequent wordt toegepast zou een OR ook in omvang terug kunnen, bijvoorbeeld van 15 naar 11 of 9 leden. De tijdsfaciliteiten die daardoor worden vrijgespeeld zou aan de niet-OR-leden besteed kunnen worden.


Als OR aan de slag met adviesgroepen? Stuur een mail